Zijn album “Great & Terrible Potions” blies me volledig van mijn sokken. Onbegrijpelijk dat één man zo’n sterk album heeft kunnen afleveren. Een verademing om te horen. Reden genoeg om zo snel mogelijk down under te gaan en Ben Craven het hemd van zijn lijf te vragen.
Opeens is daar de voor ons nog onbekende Ben Craven met een fantastisch album, kan jezelf voorstellen aan onze lezers?
Ik ben een prog singer-songwriter uit Brisbane, Australië. Ik heb met “Great & Terrible Potions” eindelijk het album gemaakt dat ik altijd al had willen maken. Het is een echt ‘old-school’ progalbum zonder enige compromissen.
Je eerste album, uitgebracht onder de naam “Tunisia” werd nog opgenomen met hulp van anderen. Op je laatste album doe je echt alles zelf. Is het samenwerken met anderen je slecht bevallen?
Er bestaat een oud cliché in de muziekwereld ‘je doet er tien jaar over om je eerste album te maken en zes maanden voor je tweede’. Ik wilde niet in die val trappen, dus nam ik mijn tweede soloalbum als eerste op! “Two False Idols” (uitgebracht onder de naam “Tunisia”) was in eerste instantie als bandproject bedoeld, maar het liep anders. Twee nummers schreef ik samen met mijn goede vriend Brad Douglas, die deel uitmaakte van de band. Maar toen ik begon te werken aan de demo, speelde ik alle instrumenten zelf in. Tijdens het inspelen had ik bij elk instrument een karakter in gedachten die ik zelf tot leven kon brengen. Ook bij “Great & Terrible Potions” heb ik zo gewerkt, die karakters hebben zich echt ontwikkeld.
In een band spelen is erg leuk, maar ik heb ook eindeloos veel respect en sympathie voor muzikanten die gedreven worden door een eigen visie en daar voor gaan. Ik sta nog altijd volledig achter wat Trevor Rabin ooit zei “There are two ways to write a song – your way, and the wrong way!”.
Kan je iets vertellen over het schrijf- en opnameproces van “Great & Terrible Potions”?
De nummers hebben hun oorsprong gekregen tijdens kleine momenten van inspiratie in mijn leven die verder een eigen leven zijn gaan leiden. Het is dus niet zo dat ik op een moment echt ben gaan zitten om te schrijven. Het grootste deel van de muziek spookte al jaren door mijn hoofd en ik heb moeten wachten tot ik mijn studio zodanig had opgebouwd dat ik er verder iets mee kon doen. Het budget was denk ik gigantisch geweest als ik hier studioruimte voor had moeten huren!
Toen ik bezig was met de opnames, had ik echt het gevoel dat ik als producer met de muziek van iemand anders aan de slag was gegaan, terwijl ik me wel duidelijk vasthield aan mijn eigen visie. Ik zat echt een vacuüm en was dag en nacht met de muziek bezig. Gelukkig heb ik een zeer begripvolle vrouw!
De grootste ontwikkeling bij dit album was dat ik de moed kon hebben om stukken instrumentaal te houden en niet alles te plaveien met zanglijnen. Teksten kunnen muziek een andere dimensie geven, maar instrumentale muziek overstijgt alle talen!
Je hebt alle instrumenten zelf ingespeeld, welke instrument ligt je het beste en heb je ooit les gekregen?
Ik zat op vioolles toen ik klein was, maar ik weet zeker dat ik vreselijk klonk! Ik begon me te vervelen toen ik elke keer dezelfde noten moest spelen. Pas jaren later nam ik voor het eerst een gitaar in mijn handen, maar wist toen wel dat ik mijn tijd niet met lessen wilde verdoen. Ik denk wel dat de vioollessen mijn muzieksmaak hebben gevormd. Ik ben gek op snaarinstrumenten, ik kan solo’s erg waarderen en ik heb echt een fetisj voor exotische akkoorden.
Je hebt zelf het album geproduceerd en ook het mixen en masteren heb je zelf gedaan. Is dat ook je dagelijks werk? En is het niet moeilijk om op een gegeven moment tegen jezelf te zeggen “het is goed zo”? Ik kan me voorstellen dat je ook vast kan komen te zitten omdat je dingetjes maar blijft aanpassen en er zo nooit mee klaar komt.
Ik probeer er mijn beroep van te maken. Als mensen nog projecten voor me weten dan hoor ik dat graag! Ik houd echt van elk deel van het proces. Elke fase is weer een uitdaging en een artistieke uitdaging. En ja, het is een constant gevecht om muziek op een gegeven moment los te laten. Ik laat muziek vaak een tijdje rusten en geef het de kans om te groeien en meer volwassen te worden. Nieuwe ideeën en arrangementen duiken dan vaak wel op die het nummer beter maken.
Zo is het orkestrale begin van No Specific Harm voortgekomen uit dat proces. Bij andere nummers ontstonden zo meerdere lagen of andere zanglijnen.
Ik ben een echte filmfreak en ik zag op je website dat je jouw muziek ‘Cinematic’ noemt, kan je me daar wat meer over vertellen? Heb je ook bepaalde films in gedachten als je met je muziek bezig bent?
Ik wordt eigenlijk altijd al aangetrokken door muziek in films, ik kan ook echt van films genieten alleen maar door de muziek die erin verwerkt zit. In mijn muziek probeer ik dat gevoel te verwerken. Ik wil graag iets maken waarbij de luisteraar voor zichzelf de beelden kan invullen.
Ik heb bij het maken van muziek meer een genre in gedachten dan een specifieke film. Het nummer Nobody Dies Forever heeft echt iets van een koude oorlog spionnenfilm in zich. Echt zo’n film waarin een sinistere overheid wordt geconfronteerd met buitenaardse monsters. No Specific Harm opent met beelden van een woestijn waarin Egyptenaren hard werken aan een piramide. Het eindigt met een gigantische zandstorm, ten minste… in mijn gedachten dan.
Het zal je dan ook niet verbazen dat mijn favoriete films ook fantastische muziek hebben. Het denken aan de muziek zorgt ervoor dat je de beelden vanzelf te zien krijgt. Ik kom dan bij films uit met de muziek van Bernard Herrmann (Herrmann werd bekend door The War Of The Worlds en zijn muziek in de film Citizen Kane. Hij schreef muziek voor vele films van Alfred Hitchkock. Herrmann stierf in 1975 enkele uren nadat hij de muziek voor de Martin Scorsese film Taxi Driver had opgeleverd. Deze film werd aan Hermann opgedragen, hij won er postuum een BAFTA voor, MG).
Het boekje ziet er spectaculair uit! Was het moeilijk om Roger Dean te strikken en hoe was de samenwerking met hem?
Ik werd aan Roger voorgesteld door een wederzijdse vriend die er van overtuigd was dat mijn muziek een Roger Dean hoes vereiste. Ik heb Roger Dean vervolgens maanden lang beleefd gestalkt totdat we een deal hadden. Hij heeft het echt onwijs druk en werkte op dat moment ook aan de hoes van het nieuwe Yes album, maar hij is echt een heer en een waar kunstenaar. Ik liet me eenvoudig door hem overhalen om voor een sleeve-verpakking te gaan. Hij heeft ook een lp ontwerp gemaakt. In de nabije toekomst komt het album ook op lp uit.
Wil je je muziek ook live ten gehore brengen en zo ja, zijn er al concrete plannen?
Dat wil ik zeker! Er zijn wat mij betreft twee mogelijkheden. De ene is dat ik een band formeer en we als band de nummers zoals ze nu zijn live spelen. De andere mogelijkheid is een echte soloshow, maar daarvoor moet ik de muziek eerst helemaal strippen en geschikt maken om in mijn eentje live te kunnen spelen. Dat laatste zou ik kunnen doen als ik Adrian Belew zou zijn.
Wat zijn je grootste invloeden en naar welke muziek luister je zelf de laatste tijd?
Mijn grootste invloeden zijn de bekende progbands voor beginners als Pink Floyd, Yes, Mike Oldfield en Brian Wilson en natuurlijk ook King Crimson. En ik houd erg van de filmcomponisten John Williams (bekend van o.a. Star Wars, ET en Schindler’s List, MG) John Barry (bekend van o.a. de James Bond theme, MG) en Bernard Herrmann. Ik kijk altijd uit naar een epic die geschikt is als nummer en als filmthema.
Het maken van dit album heeft zoveel tijd gekost dat ik nog amper de tijd heb gehad om naar muziek van anderen te luisteren. Ik ben van plan dat nu recht te gaan zetten. Ik heb net een goede koptelefoon en de deluxe edities van Mike Oldfield gekocht, dat lijkt me een prima start.
Is er een levende progscene in Australië?
Niet dat ik weet. Er is een kleine proggemeenschap waarbij de meeste bands naar de metal neigen. Ik voel me hier echt een muzikale vluchteling. Een band als Unitopia doet het goed, maar dan vooral buiten Australië.
In het boekje schrijf je “Ben Craven will return!”. Wat zijn je toekomstplannen?
Er zitten twee nieuwe albums in de pijplijn. Eentje wordt de opvolger van “Great & Terrible Potions” de ander wordt een country-achtig conceptalbum. Echt waar. In de tussentijd wil ik mijn eerste album “Two False Idols” opnieuw uitbrengen met een nieuwe mix en bonustracks. Ook wil ik een band formeren om deze muziek naar de podia te brengen. Maar zoals alles blijft het een kwestie van tijd en geld.
Wil je nog iets toevoegen of iets kwijt aan de Progwereld lezers?
Ik wil iedereen bedanken die het album “Great & Terrible Potions” via Progstreaming heeft beluisterd. Ik ben echt in schock van alle positieve reacties die ik heb ontvangen. Echt geweldig dat ik zoveel mensen in Nederland heb kunnen bereiken met mijn muziek.
Dank je wel voor dit interview!
It’s been a pleasure!