We hebben er toch nog vijf jaar op moeten wachten, maar hier is dan toch de terugkeer van Ben Craven, zoals hij voorspelde in zijn boekje van “Great & Terrible Potions”, het debuut van de Australische kluizenaar uit Brisbane, Australie (wist je dat het ruim 900 km is van Brisbane naar Sydney?).
En 2011 werden collega-recensent en vriend Maarten Goossensen en ik weggeblazen door het sensationele “Great & Terrible Potions”, een plaat overigens die nog niets van zijn glans heeft verloren, en nog steeds door mij wordt gekenmerkt in mijn digitale collectie als een ‘ster’, een speciaal plekje heeft in mijn kast, en een 10 krijgt van mij op ‘Rate Your Music‘. Een meesterwerk. Ik vind progressieve rockfans die nog nooit van het album hebben gehoord tegelijkertijd beklagenswaardig en bevoorrecht. Zij hebben het genot wat veel nieuwe progfans kennen, namelijk het delven in de geschiedenis van briljante albums, uitgekomen in een tijd dat jij nog onwetend was.
Is “Last Chance To Hear” een waardige opvolger van dit monument? Het antwoord daarop is ja.
En is dan “Last Chance To Hear” een beter album dan zijn illustere voorganger? Het antwoord daarop is nee.
“Last Chance To Hear” begint wat aarzelend, als een oude jaren ’70-plaaat, maar na dertig seconden barst dan toch de titeltrack gelijk los, en zitten we direct midden in de wondere cinematografische wereld van onze vriend Craven. Opnieuw valt op hoe ontzettend vol zelfvertrouwen de beste man is. Deinsde hij er niet voor terug voor het vorige album de hoes te laten ontwerpen door niemand minder dan de van Yes-hoezen bekende Roger Dean, dit maal strikt hij voor deze taak de aanmerkelijk beter uitziende dochter van Roger, Freyja Dean, het resultaat is opnieuw een oogstrelende hoes. Alsof dat nog niet alles is, weet hij het ook voor elkaar te krijgen William Shatner (ja, die van Star Trek) te strikken voor een stukje ‘spoken word’ op Spy In The Sky (Part 3).
Dit nummer, boordevol fantastisch baswerk, geweldig drumwerk en een flitsend duel tussen toetsen en gitaar, en onthoud, allemaal door Ben Craven zelf ingespeeld, is het zwaartepunt en hoogtepunt van de plaat, en bewijst de zorgvuldige opbouw van de plaat. De nummers ervoor zijn onderscheidend door soms obligate titels, maar het zou allemaal net zo goed één stuk van ruim twintig minuten kunnen zijn.
Vanaf The Remarkable Man, het tweede en laatste gezongen stuk van de plaat, doet Ben eigenlijk het trucje nog eens over. Opnieuw vallen de grenzen van waar een nummer ophoudt en begint, volkomen weg, en gooit hij zijn instrumentarium verder open (ik hoor 12-snarige gitaar aan het begin van Spy In The Sky (Part 1) en percussie in The Remarkable Man). Het tweede gedeelte maakt niet zo veel indruk als het eerste, maar is nog steeds van grote klasse.
Als geheel maakt “Last Chance To Hear” lang niet zo’n verpletterende indruk als “Great & Terrible Potions”, maar dat had ook niemand verwacht, en ik als laatste. Het album is veel meer evenwichtig dan zijn voorganger, maar heeft direct als inherent nadeel dat een hoogtepunt aanwijzen lastig is, want hoewel het Shatner-gedeelte wel als zodanig kan worden bestempeld, heb je eigenlijk de voorgaande nummers nodig om daar te komen.
Maar wat boeit het? Met “Last Chance To Hear” haal je één van de beste releases van 2016 in huis, en 45 minuten fantastische symfonische rock. Voor krap zeven Euro heb je digitale release via z’n Bandcamp, maar het is ook net als de vorige keer te koop via Beyond Rock.
Markwin Meeuws