Whalesong

Leaving A Dream

Info
Land van herkomst : Polen
Label: eigen beheer
Website artiest: www.facebook.com/whalesongofficial
Tracklist
CD 1
Enter (4:49)
Forgive (6:02)
Believe Us (5:55)
Leaving A Dream (6:10)
Her I Am (9:57)
We Have Never Really Lived (5:55)
Hope (5:59)
Bright Behind Your Eyelids (1:50)
Ascend! (5:33)
Struggle (4:58)
Drinking From The Gutters Of Descension (1:27)

CD 2
We Are Free (8:18)
A Distant Memory (8:37)
Endless (5:40)
From The Ashes (27:13)
Shekissedmewithhervenomouslips (21:40)
Elise Aranguren: zang
Piotr Dziemski: gitaar
Grzegorz Dziemski: drums, percussie
Michal Kielbasa: zang, gitaar, basgitaar, dulcimer, percussie, Mellotron, toetsen, Theremin, sitar, viool

Met medewerking van:
Attila Csizar: zanh
Steve Blanco: piano
Dancing Deadlips: zang
Tomasz Herisz: vibrafoon
Lazarus: zang
Aleksander Papierz: saxofoon
Pawel Pelka: hoorn
Miro Snejdr: piano
Wikur Suryadi: wukir
Leaving A Dream (2023)
Radiant Suns Deformed (2021)
Helpless (2021)
Radiance Of A Thousand Suns Instrumentals (2021)
Radiance Of A Thousand Suns (2020)
Disorder (2017)
Filth (2011)

Het Poolse kwartet Whalesong is terug met hun derde album “Leaving A Dream”, al is het de eerste keer dat de band onze website aandoet. Op zich is dat niet heel verwonderlijk, er valt een boom op te zetten over de mate waarin de muziek van deze band nou echt prog genoemd moet worden. Zelf noemen ze deze muziek op hun bandcamp-pagina vooral doom, post-metal en noise rock, kwalificaties die dichter bij de waarheid komen wat mij betreft. En als je je nieuwe plaat begint met vijf minuten overstuurde vlakschuurgitaar en je eerste zangregel luidt: “You left me dying on the floor”, dan wil je daarmee niet uitstralen: dit wordt lachen!

Toch is dit een ambitieuze uitgave. Ruim 120 minuten muziek over twee cd’s, die – voor de liefhebber – ook worden aangeboden in twee handgeschilderde houten kistjes. Zestien nummers, negen gastspelers, Whalesong pakt echt uit.

Je moet echter wel houden van langdurige uitzichtloosheid met hier en daar een dun straaltje zonlicht, want zo ervaar ik dit album. Zorgvuldig opgebouwde, loodzware gitaar- en drumpartijen benadrukken de uitermate sombere zang van bandleider Michal “Here I am, dead inside” Kielbasa, wiens weltschmerz nog eens wordt versterkt door zijn levensmoeë voordracht. De meeste liederen slepen zich ook traag voort door een oneindig kaal berglandschap. In een stuk als We Have Never Really Lived speelt de band zes minuten lang dezelfde vier aflopende mineurakkoorden des doods. Na een minuut of dertig ging ik zelf ook een beetje twijfelen over mijn kwaliteit van leven; was dit het nou allemaal waard?

Gelukkig zijn er de eerdergenoemde streepjes licht, zoals de schaarse zang van Elise Aranguren, een saxofoonsolo hier en een pianofiguurtje daar. Dat zijn slimme toevoegingen die de muziek nog enigszins draaglijk maken voor wie al niet van huis uit het leven van de meest grimmige kant beziet. In Hope zingen Michal en Elise “We need some hope”, maar het klinkt niet alsof ze er zelf nog in geloven.

Voor liefhebbers van goth, doom en industrial is dit misschien een hoogtepunt van het jaar. Ik ben er zelf niet zo stuk van. Het is wel een beetje eentonige muziek, de zang van Michal, die in bijna alle liedjes zijn laatste adem uitblaast, is mij te zwartgallig (en eigenlijk ook te beroerd) en ik hoor ook geen knap gemusiceer. Misschien is dat in dit genre juist uit den boze, daarvoor ken ik er te weinig van.

CD2 geeft ook het definitieve nekschot met onder meer twee lange stukken waarin alle narigheid samenkomt, inclusief allerlei buitengewoon griezelige geluidseffecten. In From The Ashes klinkt er dan na dik twintig minuten keldersoundtrack nog een heel stuk dulcimer, alsof de leden van Dead Can Dance aan het stemmen zijn. In Shekissedmewithervenomouslips is de ritmesectie al naar huis en horen we alleen nog maar wat naargeestige geluidsflarden, maar dan wel 21 minuten lang. Dat is een mooie lengte voor een virtuoos en afwisselend epos, het is te lang voor het geluid van een keukenmachine door een pvc-pijp.




 

De oplettende lezer heeft inmiddels wellicht opgemerkt dat ik a. niet zo kapot ben van deze plaat maar b. ook geen echte kenner ben van het genre. Ik sluit niet uit dat wie zijn muziek het liefst zo doods en zwaar mogelijk heeft, hier enorm van geniet. Ik heb er zelf na een liedje of twee wel genoeg van. Daar kan een handgeschilderd houten doosje, waarvan ik inmiddels vermoed dat de makers er een doodskistje mee bedoelen te symboliseren, geen zier aan veranderen.

Send this to a friend